Bijeenkomst geloofsopvoeding (1)

Op 12 oktober 2011 kwam ik met een groep van ouders samen in onze kerk. We zaten met 14 mensen rond de tafel.

Ik was de enige man… Dat was het allereerste dat opviel! Is de (geloofs)opvoeding dan een vrouwenzaak? Zijn het alleen moeders die ermee bezig zijn? Willen de mannen liever thuis oppassen dan het gesprek erover aangaan? Interessante kwestie!

Ik opende de bijeenkomst met de hierna volgende tekst. Ik weet niet van wie hij afkomstig is. Heb hem ooit eens gevonden. Maar ik koos hem voor deze bijeenkomst om twee redenen:
1. Het gaat om het gesprek van ouder en kind over de betekenis van de Bijbelse verhalen.
2. En het legt de nadruk op zo’n beetje het belangrijkste aspect in de Bijbelverhalen: het gaat in alle verscheidenheid ten diepste steeds om bevrijding die God geeft.

Naar Deuteronomium 6

Wanneer je kind je vraagt:
wat is dat voor een boek?
wat zijn dat voor verhalen?
wat moet ik daar nog mee?

Wanneer je kind je vraagt:
waarom? Steeds weer:
waarom moet dit of dat?
Dan is er maar één antwoord!

Je kunt je niet verschuilen
achter “zo is het al zo lang”,
“zo oud en eerbiedwaardig”
of achter “omdat het zo hoort,
omdat het beter is…”

Eén antwoord is er maar
wanneer je kind je vraagt:
HET IS OOK ONS VERHAAL
WIJ waren knechten
in het donker van Egypte,
WIJ waren slaaf van Farao.
Maar Hij, de Eeuwige,
heeft ons daaruit geleid.
Hij ging ons voor
en wij kregen de vrijheid,
en ruimte om te leven,
en toekomst
om naar uit te zien.

Dáárom, mijn kind,
wil ik verhalen
duizend malen…
Wij zelf zijn slaven,
vreemdelingen,
en als ik zelf geen weet meer heb,
van leven dat gegeven is,
en van de Stem
die mij met nieuwe namen noemt,
als ik niet zelf bevrijd ben,
thuisgebracht,
wat kan ik jou dan geven?

Mijn eigen exodus
deel ik met jou
én met wie nu nog leven
in het donker,
wie nu nog zuchten,
schreien…

Dáárom, mijn kind,
alleen dáárom!
Als jij mij vraagt…

Toen vroeg ik: Met welke concrete vraag, ervaring, opmerking ben je hierheen gekomen?
Dat leverde een hele serie reacties op: zie de foto hieronder, en de tekst daarna.

1. De Bijbelverhalen staan vol moord en doodslag – wat moet je daarmee? Het taalgebruik is moeilijk. Moet je de verhalen letterlijk nemen of niet? Zijn ze niet erg moraliserend?
2. Je hebt een beginnersbijbel en de ‘echte’ Bijbel. Is er ook een tussenbijbel?
3. Citaat van een kind: “Ik zie hem (= God) niet hoor?!”
4. Kun je bij het bidden vragen om Lego? Moet je bijsturen?
5. Wie of wat is God? Hoe leg je dat uit aan een nuchter kind?
6. Ik ervaar de dagelijkse druk: Hoe maak je tijd voor geloof? Standaard momenten: bij de maaltijd, bij het naar bed gaan. Wanneer dan de Bijbel?
7. Hoe gaat het als je een partner hebt die niet gelooft?
8. Wat is de rol van de school van je kind? Ik vraag daarnaar op school.
9. Hoe houd je je kind enthousiast voor de kerk?
10. Wanneer ga je dingen uitleggen? Nu is het vaak alleen voorlezen en kijken.
11. Hoe combineer je geloof en ziekte / dood?
12. Is God niet te vaak afgeschilderd als een boeman?! Heeft dat niet angst gevoed? Denk aan de duivel!
13. Wanneer stop je met een ‘riedel’- gebed?
14. Hoe bereik je dat je kind nadenkt?

Samengevat tijdens deze bijeenkomst:
De punten 1 en 2 gaan vooral over de Bijbel en het functioneren ervan.
De punten 3, 5 en 12 gaan meer over God en het beeld dat je van hem hebt.

Vervolgens heb ik de deelnemers gevraagd:
Hoe kijk je terug op je eigen geloofsopvoeding: Wat was er positief? Wat was er minder? Wat zijn je ervaringen? Kijk ook hier weer naar de foto en de tekst aansluitend voor de reacties.

Wat was er negatief?
1. Het naar de kerk gaan was een moeten.
2. De zondag was heilig: geen sport, niet samen met anderen spelen.
3. Er was amper een plek en tijd voor de kinderen in de kerk. Hoe zat het met zondagsschool en kindernevendienst?
4. Bidden was verplicht: eerst een riedel, later zelf.
5. Het gesprek en het ermee bezig zijn was meestal spontaan.
6. Verplicht Bijbel lezen bij het avondeten. Geen uitleg erbij! Wel had je een eigen Bijbel erbij.
7. Iets ingeslepener / vanzelfsprekender.
8. De kerk was thuis belangrijk. Dat gaf structuur. Is ook wel weer positief. De Bijbel van kaft tot kaft. Kan het anders? Hoe met een minder betrokken partner?

Wat was er meer positief?
1. Ra, ra, hoe kan dat: er is toch iets blijven hangen!?
2. Mee naar de kerk: Leuk! Met ma mee.
3. Ouders eruit trekken (ik weet zelf niet meer wat deze opmerking betekent… Ik denk: je moest gesprek erover bij je ouders er uit trekken, omdat ze gesloten zijn of niet zo praterig. Maar dan zou het ook meer negatief kunnen zijn).
4. Iets doen: muziek > taak, onderdeel in de liturgie.
5. School – Kerk – Club – Kamp: alles was samen! Mooi!
6. Thuis: de uitleg van moeder was positief!
7. School!
8. Gemeenschapsgevoel: tussen positief en negatief in. Mij heeft het wel geholpen!

Na het met elkaar delen van deze ervaringen zijn we op bepaalde punten dieper ingegaan. We stonden het meest stil bij ons beeld van God.
Wie is God voor jou? – als je daar voor jezelf een ‘antwoord’ op hebt dan kun je ook beter reageren op je kind.
Uit het gesprek:
God is een iemand. Je kunt altijd bij Hem terecht. Waar is Hij? Boven? Of juist in je hart? Is het wel een ‘hij’?
Je kunt je Jezus beter en gemakkelijker voorstellen.
God is een steun, een leidraad.
God is liefde. God is kracht. God is bovennatuurlijk.
Je moet misschien niet te veel nadenken, maar ‘gewoon’ er van uit gaan.
God ontdek ik al zoekend. Niet tastbaar. Bidden geeft me toch rust.

Ik heb vanuit mezelf deze opmerkingen gemaakt n.a.v. het gesprek:
God is een persoon die ruimte geeft; leven geeft. En licht. En bevrijding (zie tekst van de opening).
God geeft troost, bemoediging en rust. God geeft ‘comfort’.
Maar God daagt je ook uit om het er niet bij te laten zitten als het gaat om nood en dood in onze wereld. God geeft ons de ‘challenge’ er iets beters van te maken. En dan kan het er ook pittig aan toe gaan.
God heeft ook de kant van een barmhartige baarmoeder. Is vader en moeder tegelijk. In het Hebreeuwse woord voor ‘barmhartigheid’ of ‘ontferming’ zit ook het woord dat ‘baarmoeder’ betekent.
Maar niet alle vaders en moeders zijn goede voorbeelden. Ze kunnen je afleiden van God. Ik kan me voorstellen, dat je daarom tegenwoordig maar beter spreekt van ‘vriend’, ‘maatje’ of ‘vertrouweling’.

Ergens ooit op een bord geschreven:
Jezus kan het. Iemand, las het en schreef daarna:
Jezus kan het niet. Iemand anders kwam en schreef toen:
Jezus kan het niet alleen.

Wat verder ter tafel kwam:
1. Er komen geloofskoffers aan met materiaal voor geloofsopvoeding: Bijbels e.d.. Er werd ook gevraagd om koffers te maken rondom thema’s: Kerst, ziekte en dood, seksualiteit.
2. Er werd gewezen op het bestaan van de brochures: Zijsprong. Bij de geboorte van het eerste kind krijgen ouders het magazine Kiem. Voor oudere kinderen (4-12 jaar) is er een apart algemeen magazine over geloofsopvoeding dat heet Spring (€ 8,95). De themaboekjes van Zijsprong (€ 3,95) bevatten speciale thema’s. Ik noem ze hier:
• Seks, lijf en relaties
• Verschil in geloven
• Waarde(n)vol opvoeden
• Geloven vieren thuis
• Bijbelverhalen en bidden
• Kind en kerk
• Stappen in geloofsopvoeding
• Verlies en verdriet
Ze zijn te bestellen via de webwinkel van onze kerk: www.pkn.nl

Omdat de groep één bijeenkomst wat kort vond, is er een vervolg afgesproken.
Dinsdag 29 november 2011 om 20.00 uur in de Ontmoetingskerk.
Dan gaat het voor al om het kiezen en gebruiken van kinderbijbels.
Nemen jullie de bijbels die je gebruikt mee naar deze avond? Dan kunnen we aan de hand van jullie ervaringen ook van elkaar leren. Daarnaast zal ik zelf informatie geven.

Omdat er nog genoeg dingen om te bespreken over blijven heb ik de vrijheid genomen om nóg een derde bijeenkomst te plannen.
Dat wordt dan dinsdag 31 januari 2012. Ook 20.00 uur in de Ontmoetingskerk.
Dan gaat het over kinderliederen, gebeden en allerlei andere praktische dingen, zoals het christelijk geloof in je alledaagse leven.
Ook dan is het leuk als je CD’s of liedbundeltjes meeneemt die je al gebruikt. Of gebeden die je gebruikt.
Dan kunnen we daarbij aansluiten.

Let op:
Natuurlijk mag je bij alle bijeenkomsten komen! Hartelijk welkom. Maar je kunt óók bij één van de nog twee geplande avonden komen. Ik probeer ze zó op te zetten, dat je ze apart kunt bezoeken.

Geef een reactie